Geschreven door Yvonne

Deel pagina

7 tips en tricks om te tuinieren

Als jij wilt beginnen met tuinieren of gewoon wat tips zoekt, ben je hier op de juiste plek. In dit artikel geven wij je wat informatie over tuinieren, wat makkelijke planten zijn om te onderhouden en hebben wij zeven tips voor iedereen die wil beginnen met tuinieren. Na het lezen van de informatie op deze pagina ken jij de basis van tuinieren en houd jij de planten en bloemen in je tuin springlevend! 

Meteen naar de tips:

Wat is tuinieren?

Tuinieren, een op recreatieve manier telen en kweken van planten, bloemen en/of voedsel. Veel mensen leggen in hun achtertuin een tuintje aan. Om lekker te tuinieren, buiten bezig te zijn en te genieten van wat groen rondom de deur (en eventueel nog wat eten uit eigen achtertuin te kunnen halen).

Waarom zou je gaan tuinieren?

Tuinieren heeft allerlei voordelen. Natuurlijk zijn er ook wat nadelen te noemen, maar die gelden alleen voor mensen die tuinieren verschrikkelijk vinden (denk bijvoorbeeld aan dat het tijd kost om je tuin te onderhouden). Maar voordelen zijn er daarentegen echt genoeg:

• Tuinieren is voor veel mensen ontspannend. Actief in de natuur zijn vermindert de hoeveelheid cortisol (stresshormoon) in je bloed. Je wordt er dus echt rustig van.
• Tijdens het tuinieren ben je in beweging. Snoeien, maaien, water geven, onkruid wieden: allemaal fysieke activiteiten die je een prima work-out opleveren.
• Je kunt je eigen eten uit je tuin halen (als je een moestuintje of kruidentuin aanlegt).
   

Tuinieren is leuk voor jong en oud; laat je kind(eren) gezellig meehelpen. 
 

Welk gereedschap heb je nodig?

Om goed te kunnen tuinieren heb je gereedschap nodig. Je kunt zoveel tuingereedschap in huis halen als je zelf wilt, maar met een goede basis kom je al een heel eind. Denk bijvoorbeeld aan:

• Tuinschep/plantenschep
• Gieter
• Snoeischaar
• Tuinschaar/heggenschaar
• Bladhark
• Schoffel/tuinklauw/handhark
• Optioneel: kruiwagen, bladblazer, tuinhandschoenen.
   

Let er daarnaast in ieder geval op dat je het juiste gereedschap in huis hebt om jouw tuin te kunnen onderhouden. Wil je meer weten over tuingereedschap? Lees dan onze pagina 'Top 10 tuingereedschap' eens door. In dit artikel vertellen wij je precies welk gereedschap jij echt in huis moet halen. 

Bekijk ons tuingereedschap:

Makkelijke planten en kruiden voor in je tuin

Als je start met tuinieren is het slim om met wat makkelijke planten en/of kruiden te beginnen. Gewoon dingen die niet zo veel zorg nodig hebben en makkelijk groeien. Wij geven je hieronder een lijstje met makkelijke planten en kruiden:

1. Planten: varens, lavendel, kamille, chrysanten, tuingeraniums en duizendknoop.
2. Kruiden: basilicum, bieslook, koriander, oregano, peterselie en munt.

Zaden, bloembollen of bonen planten

Planten, bloemen, kruiden en groenten kun je als ‘plant’ kopen, maar ook in de vorm van zaden, bloembollen of bonen. Ga je voor de laatste opties dan ben je zelf aan het kweken. Hiervoor heb je kweekbenodigdheden nodig, zoals een bollenplanter, binddraad en kweekpotten. Sommige planten moeten eerst in een potje, andere kunnen meteen in de vaste grond. Let er op dat je zaden en bloembollen minstens 5 cm tot 10 cm uit elkaar plaatst, zodat er genoeg ruimte is om te groeien. En hoe diep plant je bonen, bloembollen of zaden?

• Zaden: gaatjes van 1 cm diep.
• Bonen: gaatjes van 2,5 cm diep.
• Bloembollen: gaten van 7 cm diep. Deze plant je het beste met een spade of bollenplanter. Hoe werkt een bollenplanter? Pak de planter met je hand bij het handvat vast. Druk het onderste ijzeren buis-gedeelte in de grond. Eventueel draai je het even een kwartslag rond. Haal er weer uit en je hebt een gat in de grond gemaakt waar de bloembol in kan. 
   

Tip: plant in de herfst bloembollen om in de lente mooie voorjaarsbloemen in de tuin te hebben, zoals tulpen, narcissen en krokussen.
 

Tuinieren voor beginners: 7 tips

Heb jij niet echt groene vingers of simpelweg nog nooit echt getuinierd, dan kunnen onderstaande tips ontzettend van pas komen. Want iedereen moet natuurlijk ergens beginnen, en met de tips helpen we je een beetje op weg. Maar er zitten ook verschillende universele tips tussen, waar je ook wat aan hebt als je al wel eens hebt getuinierd of zelfs vaak tuiniert. Kijk bijvoorbeeld eens naar tip 6 'Bescherm je tuin tegen onkruid, ziektes en ongedierte'. Dit kan altijd van pas komen. 

Tip #1. Bepaal het type tuin

Bepaal voordat je begint met tuinieren wat voor soort tuin je wilt. Heb je een kleine tuin of alleen maar een balkon? Dan kun je gaan verticaal tuinieren. Meer weten over verticaal tuinieren? Lees dan onze pagina ‘Inspiratie: verticale tuin aanleggen’ eens door. Daarnaast kun je nog gaan voor een ecologische of biologische tuin:

Biologische tuin

Ga je biologisch tuinieren dan wil je het evenwicht in je tuin niet verstoren. Hiervoor gebruik je voornamelijk biologische producten én planten. Huh biologische planten? Ja, die zijn er ook. Dit zijn planten die zo zijn geproduceerd dat de natuurlijke kringloop zoveel mogelijk in stand is gehouden. Deze planten koop je onder andere bij een biologische kwekerij. Biologische producten herken je aan een biologisch keurmerk (zoals een Demeter- of EKOkeurmerk).

Ecologische tuin

In een ecologische tuin wil je het milieu zo min mogelijk belasten. Het lijkt in essentie wel wat op biologisch, maar gaat echt nog een stapje verder. In een ecologisch tuin werk je bijvoorbeeld niet met potgrond/mest die je in de winkel koopt. In dit soort tuinen gebruik je compost van een eigen composthoop. Daarnaast worden in een ecologische tuin geen bestrijdingsmiddelen gebruikt.

Duurzaam tuinieren of focus op biodiversiteit

Wat voor soort tuin je wil hangt af van je persoonlijke wensen. Naast dat je specifiek een biologische of ecologische tuin aan kunt leggen, kun je ook nog de focus leggen op duurzaam tuinieren en/of echt goed rekening houden met biodiversiteit (ervoor zorgen dat je tuin rijk is aan planten- en bloemensoorten, insecten, schimmels, bodemdiertjes, etc.).

Waar begin je mee als je duurzaam gaat tuinieren?

De eerste stap is om materialen te gaan hergebruiken, hier ligt namelijk echt de focus op bij duurzaam tuinieren. Dit kan op uiteenlopende manieren. Maak bijvoorbeeld je eigen compost met je plantaardige keukenafval, schaf gerecyclede plantenbakken aan en plaats een regenton in je tuin waarmee je je tuin kunt besproeien.

Planten groeien het beste in een rijke en luchtige voedingsbodem.

Tip #2. Begin met goede grond (én ga composteren)

Goede grond hebben is de basis om te tuinieren. Dit is: een rijke en luchtige voedingsbodem. En stel jezelf wat vragen. Heb je vooral zand of ook klei, slib en stenen in je tuin? En is de grond zuur, alkalisch of pH-neutraal? Is er sprake van bodemverontreiniging? De meeste dingen weet je zelf of kun je zien door je grond te bekijken. Hoe hoog de pH-waarde is kun je meten met een test. De meeste planten groeien het best bij een neutrale pH-waarde (rond de 7).

• Lage pH? Deze verhoog je door kalk te strooien. Kalk zorgt ervoor dat graswortels meststoffen beter en ook sneller opnemen. Let op: sommige planten houden juist van een zurige grond (zoals rhodondendron, heide, hortensia en camelia).
• Hoge pH? Dit komt niet veel voor. Ga in dit geval gewoon voor planten die het goed doen bij een hogere pH-waarde.
   

Je kunt de structuur van je grond verbeteren met compost. Als je deze compost vermengt met je grond, wordt de bodem luchtiger én rijker. En dat is nou precies wat je wil. Je kunt ook voor potgrond gaan. Potgrond is een bodem op zich waar direct planten in kunnen worden gezet. Dit is vooral geschikt voor het planten van bloemen of het planten in potten. In de andere gevallen is compost prima.

Zelf composteren: 3 tips

Composteren is super eenvoudig. Je kunt gewoon een composthoop in je tuin maken of een compostvat aanschaf waar je je tuin- en keukenafval ingooit. Wil jij meer weten over zelf compost maken? Lees dan onze pagina 'Zelf compost maken: hoe doe je dat?' eens door. Wij geven je hieronder alvast drie tips voor om een ideale composthoop te maken:

Let op: niet al het eten kan in/op de composthoop. Gekookte etensresten zijn vaak te vet en te zout om te laten composteren. Brood gaat schimmelen en schimmels vertragen het composteerproces. Koffiepads en theezakjes bevatten plastic, waardoor je microplastics aan je compost toevoegt (niet goed). En schillen van niet-biologische groenten of fruit bevatten vaak chemische middelen, die ook het composteerproces belemmeren. 

Tip #3. Ga je voor zaden of kies je jonge planten uit?

Als je wilt gaan tuinieren, kun je zaden planten of direct beginnen met jonge planten. Zaden zijn de goedkoopste optie, maar ook de meest onderhoudsintensieve. Voor het planten van zaden heb je veel vaardigheden, kennis en tijd nodig. Je begint meestal in kleine kweekpotjes binnen, dan ontstaan er mini-plantjes, deze verpot je als ze groot genoeg zijn en vervolgens kun je ze buiten gaan planten als ze groot genoeg zijn. Heb je niet super veel tijd of niet zo veel kennis over tuinieren? Ga dan voor starter-planten en koop alleen zaden als het echt moet. Nadeel van deze starter-planten in tegenstelling tot zaden: het is duurder.

Tip #4. Bepaal locaties voor je planten en bloemen

De juiste plek vinden om te tuinieren is cruciaal. Let echt goed op zon- en schaduwkanten van je tuin als je bepaalde planten gaat plaatsen. Zoek op welke behoeftes planten hebben voordat je ze in de tuin plaatst. Daarnaast kun je nog een hele tuin aanleggen in een bepaalde stijl. Hoe je dit doet is helemaal afhankelijk van je persoonlijke wensen. Het enige waar je echt rekening mee moet houden zijn de zon- en schaduwplekken.

Let op: pas op voor overbeplanting. Een plant heeft ruimte nodig om te kunnen groeien. Achterhaal altijd even hoeveel ruimte de planten die je in de tuin wilt zetten nodig hebben.

Tip #5. Geef je planten en bloemen water

Een hele logische tip: geef je planten water. Zorg er vooral voor dat jonge planten voldoende water krijgen. Bedenk wel: het komt niet super nauw. Geef je jonge planten de eerste week elke dag water, bouw vanaf de tweede week af naar twee of drie keer per week. Vervolgens is de gewone regen al voldoende. Heeft het een lange tijd niet of nauwelijks geregend? Dan zul je dit aan je planten gaan zien omdat de bladeren gaan hangen. En hangen de bladeren? Geef je planten dan met een gieter wat extra water. Hangen ze de volgende dag nog steeds, geef ze dan gewoon weer een beetje water. Pas wel op dat je niet té veel water geeft. Vaak zie je dit aan je planten omdat de bladeren dan geel kleuren. Voor het water geven van je planten en bloemen kun je een gieter gebruiken, maar je kunt hiervoor ook een tuinslang gebruiken. 

Tip #6. Bescherm je tuin tegen onkruid, ziektes en ongedierte

Onkruid bestrijden

Bescherm je tuin tegen onkruid door regelmatig het onkruid te verwijderen. Wacht niet tot er grote onkruidplanten in je tuin staan. Ga gewoon elke dag een paar minuten door je tuin om kleine onkruidplantjes weg te halen, of twee à drie keer per week tien minuten. Het is over het algemeen makkelijker om onkruid uit de grond te trekken als de grond nat is. Dus: even na een regenbui de tuin in of nadat je met de gieter rond bent gegaan. Heb jij meer vragen over onkruid? Misschien vind je je vraag (en het antwoord) wel op onze pagina '5 vragen en antwoorden over onkruid'. 

Haal regelmatig onkruid uit je tuin. Doe dit als de plantjes nog klein zijn, dan is het makkelijker te verwijderen.

Ziektes en ongedierte bestrijden

Je kunt ziektes en ongedierte uit je tuin houden met pesticiden of biologische/ecologische middelen. Wij geven je hieronder een lijstje met enkele veel voorkomende ziektes en plagen én hoe je deze aanpakt:

1. Meeldauw (witziekte). Dit herken je aan witte vlekken op de bladeren van je plant. Je kan meeldauw bestrijden door de aangetaste bladeren zo snel mogelijk te verwijderen. Daarnaast kun je een schimmeldodend middel (fungicide) gebruiken. Extra tip: doe groene zeep en wat spiritus in een plantenspuit en spuit je de aangetaste bladeren in met dit middeltje.
2. Roest. Roest is een schimmelziekte. Je kan roest bestrijden door aangetaste bladeren zo snel mogelijk te verwijderen en door de planten voldoende ruimte te geven waardoor de wind er goed doorheen kan waaien (roest houdt van vochtige, warme plekken).
3. Bladluizen. Bladluizen kun je bestrijden door sterk geurende bloemen in je tuin te planten, planten goed af te spoelen met koud water, bepaalde dieren in je tuin te verwelkomen zoals lieveheersbeestjes en vogels of anderen juist extra goed te bestrijden zoals mieren. Je kunt ook nog met een mengsel van spiritus of groene zeep aan de slag gaan.
4. Slakken. Slakken kun je bestrijden met citrusvruchten, knoflook of een natte krant. Daarnaast houden slakken van natte grond. Door je grond na een regenbui snel te schoffelen droogt de grond sneller op en is het minder aantrekkelijk voor slakken.
5. Engerlingen en emelten. Deze zijn wat minder goed te spotten omdat ze in de grond zitten. Je herkent het aan lichtere plekken, en later gele plekken of afgestorven plekken, in je gazon. Om zeker te weten dat je engerlingen/emelten in je tuin hebt kun je je gazon eens flink besproeien. Emelten houden niet van water en komen na het besproeien naar boven gekropen. Larven op je gras? Dan heb je last van emelten of engerlingen. Probeer om te beginnen eens om de beestjes met knoflook of andere geurende planten (bijvoorbeeld papaver, citroenkruid, goudsbloem) te bestrijden. De geur van deze planten houdt de emelten op afstand en zorgt ervoor dat ze uit je tuin vertrekken. Is dat geen succes? Ga dan met bestrijdingsmiddelen aan de slag, zoals aaltjes. Aaltjes los je op in water, waarna je ze over het gazon uitsproeit en ze de emelten/engerlingen zoeken en doden.
6. Mieren. Mieren kun je bestrijden met behulp van aaltjes, door kokend water in het nest te gooien en/of je tuin af en toe te besproeien met azijn. Je kunt mieren ook op afstand houden door kruidenplanten in je tuin te planten, zoals lavendel, munt, rozemarijn, salie en basilicum. 
7. Buxusmot. Als je de buxusmot in je buxus hebt, ben je waarschijnlijk al te laat om er nog wat aan te doen. Je kunt hem alleen bestrijden als je er op tijd bij bent. Hoe werkt dit bestrijden? Regelmatig snoeien, rupsen met de hand wegplukken en/of een biologisch insecticide gebruiken. Je kunt ook met een mengsel van spiritus of groene zeep aan de slag gaan.

Maak je een mengsel van groene zeep en spiritus, doe dat dan als volgt. Doe ongeveer 20 gram/ml spiritus en 20 gram/ml groene zeep in één liter water. Dit mengsel in een plantenspuit en sprayen maar. Grootste nadeel hiervan: je doodt alle dieren die in de plant leven. Spray een aantal dagen achter elkaar voor de meeste kans op succes.

Tip #7. Maak je tuin zomer- en winterklaar

Je planten ten minste twee keer per jaar goed snoeien is belangrijk om de planten gezond te houden. Dit doe je het beste in het voorjaar en in het najaar, om de tuin zomerklaar en winterklaar te maken. 

​​De meeste vaste planten snoei je in het voorjaar. 
 

Wanneer je tuin snoeien?

We geven je hieronder een handig overzichtje wanneer je welke planten in je tuin het beste kunt snoeien. Dit heeft voornamelijk te maken met de bloeiperiode van de plant. Het gaat hier om een algemene lijst, kijk altijd per plantensoort in je tuin wanneer je deze het beste snoeit.

Planten in potten zetten

Daarnaast kun je in je tuin ook nog planten in bloempotten zetten. Dit pak je allemaal net wat anders aan dan wanneer je planten gewoon in de vaste grond zet. Bij tuinieren in potten zijn er wat meer dingen die je moet doen dan tuinieren in de vaste grond. Zo raakt bijvoorbeeld de voeding in de potgrond in een pot na een tijdje op. Je moet daarom zelf voeding aan de grond toevoegen, het liefst een keertje rond maart en een keertje rond augustus. Je moet er daarnaast voor zorgen dat er onderin je bloempot een gat zit waar het water uit kan lopen. Té natte plantenwortels gaan namelijk rotten. Ook moet je ervoor zorgen dat er wat lucht tussen de onderkant van de pot en de ondergrond kan komen (bijvoorbeeld met een verhoginkje, takken, steentjes o.i.d.). En ga voor hydrokorrels die bij zowel nat als droog weer helpen bij de waterhuishouding in de pot.

Hoe zet je een plant in een pot? 

Hoe verpot je een plant?

Om groei van planten in potten optimaal te laten verlopen zul je de planten een of enkele keren moeten verpotten. Kijk altijd van tevoren hoe groot een bepaalde plant wordt. Koop je een volwassen plant, ga dan gewoon voor een ruime pot. Je plant zal niet super veel meer groeien, maar heeft liever wat ruimte over dan ruimte te kort. Koop je een jongere plant of ga je met zaden aan de slag? Dan zul je de plant meerdere keren moeten verpotten. In principe kun je dit grotendeels gewoon met het blote oog zien wanneer je plant een grotere pot nodig heeft. Zie je de wortels onder uit de drainage-gaten komen of boven de aarde uit? Dan heeft je plant een grotere pot nodig. Meer weten over bloempotten en het verpotten van planten? Lees dan ons artikel 'Alles over bloempotten en vazen' eens door, en laat je inspireren!
 

Alles op een rijtje

Je hebt in dit artikel van alles kunnen lezen over tuinieren. Met de tips en tricks uit dit artikel ben jij goed op de hoogte van wat het inhoudt om te tuinieren. We vatten de belangrijkste punten van deze pagina nog even één keertje voor je samen:

• Tuinieren werkt ontspannend, is goed voor je fysieke gesteldheid én mogelijk haal je ook nog wat eten uit je tuin.
• Haal in ieder geval wat basisgereedschap in huis om goed te kunnen tuinieren. 
• Beginnende tuinierder? Ga voor ‘makkelijke’ planten:
  - Planten: varens, lavendel, kamille, chrysanten, tuingeraniums en duizendknoop.
  - Kruiden: basilicum, bieslook, koriander, oregano, peterselie en munt.
• Bepaal het type tuin dat je wilt, zorg voor goede grond, weet wat voor planten/bloemen je wilt én waar je deze plant en leer hoe je je planten beschermt tegen onkruid, ongedierte en plagen.
• En: maak je tuin altijd winterklaar en zomerklaar.
   

Heb je toch nog vragen over tuinieren of wil je advies over een specifiek product? Neem dan contact met ons op via onze klantenservice of start een live chat op de website.
 

Bekijk onze tuinshop

Deel pagina